v. (-en),
1. het ongeliinderd binnendringen (van lucht enz.) in een of andere ruimte: de toetreding van water tussen vorm en kleimassa;
2. het deelnemen aan: toetreding tot verdragen geschiedt door de Koning alleen krachtens de wet (Grondw. v. 1938, a. 60); — inz. het lid worden van een georganiseerde groep van personen: vrije toetreding tot een coöperatieve vereniging.