v. (-en),
1. (Zuidn.) afzetterij;
2. jacht of visserij zonder vergunning of op verboden terrein: op stroperij betrapt worden;
3. (rechtst.) ontvreemding van een aantal, meest in het open veld aangetroffen, voorwerpen of hoeveelheden van een stof van geringe waarde; velddiefstal, diefstal van landbouwproducten;
4. het beroven der inwoners van een land terwijl men dit afloopt.