Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Nestor

betekenis & definitie

1. (Gr. myth.) wijs en ervaren koning van Pulos, die nog in zeer hoge ouderdom aan het beleg van Troje een werkzaam aandeel nam;

2. (fig.) m., schrander, eerwaardig grijsaard; — oudste van een categorie of groep van personen: de nestor der vergadering ; de nestor onzer schilders.