bn. bw. (-er, -st),
1. gemakkelijk; geen moeite opleverend: dat kun je makkelijk oplichten; een makkelijke thema ; dat is lang niet makkelijk ; — (bw.) zonder veel inspanning : dat gaat niet makkelijk ; dat kun je makkelijk gedaan krijgen;
2. gemakzuchtig: hij is nogal makkelijk uitgevallen;
3. (bw. van modaliteit) zeer wel, al licht: dat kan makkelijk zo zijn.