(leekte, heeft en is geleekt), (dicht.)
1. een vocht druppelsgewijs verliezen: hoe lang zal uw oog van tranen leken?
2. vocht laten doordringen: (zegsw.) het kraantje leekt, er wordt getapt; 3. bij droppels neervallen, afdroppelen: de tranen leken uit zijn ogen.