Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Kleurig

betekenis & definitie

bn. (-er, -st), kleur hebbende, een verscheidenheid van kleuren vertonende: er kleurig uitzien; kleurige uniformen; de kleurige klederdracht der boerenbevolking in Zwitserland.; (in techn. zin) de goede, vereiste kleur hebbend: kleurige baksteen, koffie, tabak; (fig.) een kleurig verhaal, levendig, genuanceerd.

< >