Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Fixeren

betekenis & definitie

(fixeerde, heeft gefixeerd), (<Fr.),

1. onbeweeglijk bevestigen, vastmaken, -zetten; (fig.) vaststellen, vastleggen (een bedrag, een prijs enz.);
2. iem. fixeren, de ogen of een kijker onafgewend op hem gevestigd houden (met bijgedachte aan onbescheidenheid) ;
3. (fotogr.) een fotogr. plaat na het maken van een opname zo bewerken dat zij voor verdere inwerking van het licht ongevoelig wordt; — een tekening fixeren, zo bewerken dat ze niet meer vlakt, onuitwisbaar maken; — (biol.) het protoplasma van cellen doden met zo gering mogelijke beschadiging van de structuur; ook: een microscopisch praeparaat op het objectglas bevestigen.

< >