Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Dido

betekenis & definitie

Gr. JDido', dochter van een koning van Tyrus, zuster van Pygma'lion, die als koning haar echtgenoot doodde. Zij vluchtte en stichtte in Afrika Carthago 880).

Zij kocht daartoe van koning Iarbas zoveel grond als een runderhuid kon bedekken ; zij sneed een huid in repen en omspande daarmee de ruimte waarop zij de burcht van Carthago vestigde. In het vierde boek van de Aeneis vertelt Virgilius haar liefde voor Aeneas en haar zelfmoord na diens aftocht.