(<Fr.), bn. bw. (-er, -st),
1. van kunstvaardigheid getuigend : met artistieke hand iets schilderen ; een artistiek persoon, die aanleg voor de kunst heeft; de Italianen zijn een artistiek volk ; — hij is artistiek aangelegd, hij heeft aanleg om artist te worden ;
2. kunstwaarde hebbend, van kunstsmaak getuigend: artistieke tekeningen, voorwerpen; — bw., met kunstsmaak : een artistiek ingerichte kamer.