Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Aristocraat

betekenis & definitie

(<Fr.-Gr.), m. (...craten),

1. lid van een regerende klasse van aanzienlijken; bij uitbr.: aanhanger van het denkbeeld dat de leiding in staat en maatschappij alleen moet berusten bij hen die uitmunten door geboorte, beschaving en welstand ;
2. edelman, aanzienlijke; smalende benaming voor de leden der Nederlandse regentenfamiliën in de patriottentijd ; (oneig.) heer, vormelijk, ongenaakbaar persoon: onze nieuwe burgemeester is een aristocraat;
3. iem. met zeer beschaafde manieren en edele denkwijze.

< >