v.,
1. het afplatten;
2. het afgeplatzijn ; afwijking van de zuiver bolvormige gedaante : de afplatting der aarde is 1/299,15 — het verschil in lengte tussen de assen van een afgeplat lichaam : de afplatting der aarde bedraagt 5,76 geogr. mijlen;
3. deel van een bol waar deze afgeplat is.