Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Aanbeeld

betekenis & definitie

o. (-en), 1. ijzeren blok met voetstuk waarop metalen gesmeed of bewerkt worden; — (spr.) zo zwaar als een aanbeeld, zeer zwaar; — altijd op hetzelfde aanbeeld slaan, steeds op dezelfde zaak terugkomen, aandringen; — 2. puntig stukje metaal in het met sas gevulde slaghoedje ener patroon, waartegen de slagpin slaat; evenzo in een schokbuis; — 3. (ontl.) het middelste gehoorbeentje dat de hamer met de stijgbeugel verbindt, naar de vorm aldus genoemd; — 4. (meteor.) ben. voor een aldus gevormd bovenstuk bij buienwolken, dat ook op zichzelf voorkomt (valse cirrus). AANBEELDJE, o. (-s).

AANBEELDSBEENTJE, o. (-s), (ontl.); ...BEITEL, m. (-s); ...BLOK, o. (-ken), houten blok waarop het aanbeeld rust; ...SCHOEN, m. (-en), gegoten ijzeren blok waarop het aanbeeld staat bij stoomhamers; ...STOK, m. (-en), aanbeeldsblok.