Gepubliceerd op 21-06-2017

Schoven

betekenis & definitie

in uitdr. als dat schooft goed ‘dat brengt heel wat geld op’ en wat schooft het? ‘wat levert het op?’ Onder Amsterdamse veemarbeiders betekende schoven ‘zijn loon in ontvangst nemen’. Volgens een artikel ‘De Taal der Amsterdamse veemarbeiders’ (De Nieuwe Taalgids 32, 1938) zou dit Bargoense werkwoord van origine schipperstaal zijn. In hetNoord-Hollands bestond (bestaat?) een werkwoord schoven in de bet. ‘tellen’, speciaal van vis. Endt en Frerichs denken aan een etymologisch verband met schuiven (Bargoens voor ‘betalen’).

Ja, zo’n schuit met hout dat schooft goed, er valt een lieve duit aan te verdienen. (Jan Mens: De Gouden Reaal, 1940)

< >