Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Winschoten

betekenis & definitie

Winschoten - stad in het O. van de provincie Groningen, aan het Winschoterdiep en de spoorlijn Groningen-Nieuweschans; 13.000 inw. In de 16de eeuw werd het door Willem Lodewijk versterkt. In 1868 werd W. bij het spoorwegnet aangesloten. Daarna kreeg het tramverbindingen met Pekela en Finsterwolde; later met Westerwolde en Delfzijl.

De weverij van vroeger (waaraan de naam Wevershorn herinnert) is verdwenen, evenals de reederij. Het werd een middelpunt van handel en winkelnering, ook van onderwijs voor de welvarende omgeving, vooral voor het Oldambt. Daarnaast werd in de laatste jaren de industrie van beteekenis: machines („Noord-Nederlandsche machinefabriek”), rijwielen („Gruno”), meubels, vruchtenwijn, houtzagerij, sigaren, geneesmiddelen (,,Gembo”), karton, enz. Om de nieuw aangelegde spoorweghaven ontstaat een nieuwe stadswijk. Ten Z. van den spoorweg ligt tegen den heuvel de Garst een nieuw wandelpark; het fraaie wandelbosch, dichter bij de stad, is van 1826.

De Hervormde kerk dagteekent uit de 13de eeuw. Zij was gewijd aan St. Vitus en is een mooi voorbeeld van Groninger Baksteenarchitectuur. W. wordt in 1391 het eerst vermeld.