Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Protestant

betekenis & definitie

Protestant. - De naam P. voor de Hervormingsgezinden is in Duitschland ontstaan in ’t jaar 1529. Volgens het Rijksdagsbesluit van Spiers in 1526 moesten de Rijksstenden ten opzichte van het Wormser Edict (waarbij Luther en zijn aanhangers veroordeeld waren) zóó handelen, als zij dat voor God en de keizerlijke majesteit meenden te kunnen verantwoorden. Tengevolge van dit besluit konden de Luthersche landskerken georganiseerd worden en kreeg de Hervorming vasten voet in verschillende staten. Toen nu de keizer eenige wapenvoordeelen behaalde, besloot de Rijksdag, die in 1529 te Spiers samenkwam, het besluit van 1526 in te trekken, het Wormser Edict ten uitvoer te leggen en zich van alle nieuwigheden te onthouden.

Onder leiding van Philips van Hessen brengen de Evangelische stenden een plechtig protest in tegen deze voorgenomen vernietiging der Hervorming. Sedert dragen zij den naam van „Protestanten”. Deze naam beteekent dus niet, dat er protest wordt aangeteekend tegen het oude geloof, maar tegen de pogingen om het nieuwe te onderdrukken. Er is daarom evenveel reden om in het woord „Protestant” den nadruk te leggen op het „pro” (= voor) en het naar de bedoeling der Evangelische stenden te verklaren als een „getuigen voor” de Hervorming. Protestanten worden thans genoemd alle Luthersche en Gereformeerde Christenen, de Anglikanen inbegrepen, behalve de Hoogkerkelijken, die zich algemeen Katholiek noemen. De naam is dus zeer algemeen en duidt aan al de Christenen, die niet Grieksch- en niet Roomsch-Katholiek zijn. Zie PROTESTANTISME.