Lully - (Jean Baptiste de), geb. 1632 te Florence, overl. 1687 te Parijs. Naar Parijs gekomen als keukenjongen in dienst van de hertogin van Montpensier, trok hij de aandacht door zijn groote muzikale talenten. Hij klom spoedig hooger, kwam in dienst van Lod. XIV, werd leider van diens hofkapel (Les violons du Roy) en eindelijk hofcomponist.
L. mag worden beschouwd als de stichter van de Fransche „Grand Opéra”. Zijn geniale eigenschappen als toondichter, zijn juist begrip van het verband tusschen woord en toon, gepaard aan zijn gaven als muzikaal leider, maakten hem tot den alleenheerscher op muzikaal-dramatisch gebied in Frankrijk. Hij verhoogde de zelfstandigheid van het orkest, breidde het uit door het bijvoegen van nieuwe instrumenten (hoorns), en stelde definitief den vorm der ouverture vast. Over L. is veel geschreven. Goede biografieën zijn die van H. Prunières (in Musiciens célèbres) en L. de la Laurencie (in Maîtres de la Musique).
