Kameroen - voormalige Duitsche kolonie in W.-Afrika; 790.000 K.M.2, 2.750.000 inw. Zij ligt tusschen Opper- en Neder-Guinea en had den vorm ongeveer van een driehoek waarvan de hoekpunten bij het Kameroen-gebergte, het Tsaadmeer en bij de Sangamond in den Congo liggen. Bij de kust verheft zich het jongvulkanische 4060 M. hooge Kameroen-gebergte. Achter de moerassige kustvlakte verheft zich een ± 1000 M. hoog plateau.
De kuststreek, vooral het K.-gebergte, behoort tot de regenrijkste streken der aarde (Deboendja 9374 m.M. per jaar). Hier groeien dichte tropische wouden. In het achterland neemt de regen binnenlands af: Jaunde 1531 m.M. Het plateau is savanne. In ’t Z. wonen Bantoe-, in ’t N. Soedannegers. In 1913 woonden in K. 1871 blanken, waarvan 1643 Duitschers. De kustbevolking, die gedeeltelijk leeft van den transitohandel van het binnenland naar de kust, doet weinig aan landbouw, iets meer aan veeteelt. In de Foelbestaten van het achterland staan beide op een veel hoogeren trap. Plantagebouw komt vooral in de buurt van de kust voor, n.l. in het district Victoria: 10.654 H.A. waren in 1913 voor cacao-, 7178 H.A. voor rubberplantages in gebruik, verder zijn er enkele kolanoot-, koffie- en tabaksplantages.
Ook met andere tropische producten werden proeven genomen. Er waren 345.824 oliepalmen. De wouden leveren kolanoten, verschillende kostbare houtsoorten, vooral ebbenhout. Veeteelt is vooral in het achterland belangrijk; de jacht levert ivoor. Er komt goud en ijzer voor. De voornaamste uitvoerproducten zijn palmpitten, rubber, palmolie, ivoor en cacao. Er zijn verschillende wegen van de kust naar het binnenland aangelegd; hiertoe behoorden in 1913 240 K.M. spoorlijn.
De voornaamste is de Manengoebalijn. Een spoorweg van Doeala naar Edea en Widimenge is in aanleg. Zetel van de regeering was Boeea. Voornaamste kusthaven was Doeala (22.000 inw.). In het achterland liggen talrijke groote inboorlingen-nederzettingen, zooals Ngaundere (± 30.000 inw.). De kolonie is in 1884 bezet, in 1885, 1893 en in 1912 (Sanga- en Logonegebied) afgerond. Gedurende den wereldoorlog is zij door de Franschen en Engelschen bezet, en daarna zóó verdeeld, dat Frankrijk het Z.O., Engeland een strook in het N.W. heeft gekregen. Litt.: Hans Meyer, Das Deutsche Kolonialreich I, 417 vlg.
