Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Hobbema (meindert)

betekenis & definitie

Hobbema (meindert) - geb. te Amsterdam 1638, gest. aldaar 1709, Noordnederlandsch landschapschilder. Leerling aanvankelijk van Jakob Ruijsdael, ontwikkelt hij zich toch tot een geheel zelfstandig meester. Hij behoort tot die Amsterdamsche schilders, die, evenals Van der Helst in de portretkunst, geheel vrij gebleven zijn van Rembrandts’ invloed. In vergelijking tot dezen en ook tot Ruijsdael blijft hij verre in de minderheid, maar zijn speciale aanleg is het landschap (waarschijnlijk in de omstreken van Gelderland te zoeken), dat hij vooral van den eenvoudigen, liefelijken, ja menigmaal poëtischen kant laat genieten.

In zijn kleine tafereeltjes van den watermolen in de nabijheid van rood bedakte hutjes, waarbij enkele arbeiders in de buurt, geeft hij de stille rust van het afgezonderde buitenleven. Niet heroisch of theatraal, niet eenzaam of somber zooals Ruijsdael zijn onderwerpen weergaf, maar vertellend en eenigszins romantisch is het landschap van Hobbema. Het meest bekend is wel zijn „Laantje van Middelharnis” en zijn „Watermolen” (Parijs, Louvre). In de 18de eeuw is Hobbema bijna geheel in het vergeetboek geraakt, terwijl juist nu in den handel buitengewoon hooge prijzen voor zijn werken worden betaald. De figuren in zijn landschappen zijn dikwijls van de hand van Adriaen van de Velde, Lingelbach; ook Barent Gael, N. Berchem, Phil.

Wouwerman worden als zoodanig genoemd. Opgave der werken van H. bij Wurzbach, Niederl. Künstlerlexikon. Litt.: E. Michel, Hobbema et les paysagistes de son temps.

< >