Eliot (george) - pseudonym van Mary Ann Evans (1819-1889), Eng. romanschrijfster, geb. te South Farm bij Colton in het graafschap Warwick. Haar jeugd bracht zij door te Griffhouse eveneens in Warwickshire. Zij leerde moderne talen, las zeer veel en verdiepte zich in de philosophie. Haar eerste werk was een vertaling van „Das Leben Jesu” van David Strausz. (1842-46).
Zij was zeer streng Evangelisch, hetgeen bijna leidde tot een breuk met haar familie. Van een reis in Zwitserland teruggekeerd in Engeland, werd zij uitgenoodigd medewerker te worden van de „Westminster Review”. Zij vestigde zich te Londen, waar zij in aanraking kwam met vele beroemde letterkundigen. Daar leerde zij ook George Henry Lewes kennen (1817-78). Weldra ontstond een zeer intieme verhouding tusschen hen. Tot een huwelijk kon het echter niet komen, daar Lewes’ vrouw als verpleegde in een krankzinnigengesticht nog in leven was. Op L.’s aansporen schreef zij Scenes of Clerical Life, waarvan het eerste verhaal, de aandoenlijke geschiedenis van Amos Barton, een plattelandspredikant, tot haar beste werken behoort (1858). In 1859 verscheen Adam Bede, waarin de flinke arbeidende klassen in Engeland, beschreven worden.
Dit werk had een enorm succes. Hetzelfde kan gezegd worden van The Mill on the Floss, dat in sommige opzichten als een autobiographie kan beschouwd worden. Silas Marner verscheen in 1861 en werd gevolgd door Romola (1863), waarin de schrijfster een beeld geeft van Florence ten tijde van Savonarola. Het is een van G. E.’s minste werken, evenals Felix Holt. Beter is Middle March (1872). Daniël Deronda was haar laatste roman. Verder schreef zij nog een bundel essays; The Impressions of Theophrastus Such (1879), en gedichten, waarvan bekend zijn: The Spanish Gypsy (1868) en Agatha (1869). Na den dood van Lewes (1878) trad G. E. in 1879 in het huwelijk met Walter Cross.
Een jaar later stierf zij. G. E. behoort tot de grootste Eng. schrijfsters. Haar kracht ligt in het beschrijven tot in de kleinste bijzonderheden, van karakters van menschen uit den lageren Eng. middenstand. Hoewel zij een vrij sombere levensopvatting heeft, die zich uit in haar werken, weet zij soms zeer humoristische schilderingen te geven van personen. Haar natuurbeschrijvingen zijn zeer bekoorlijk. Vgl. George Eliot’s Life, as related in letters and journals. Arranged and edited by her husband J. W. Cross (Londen 1885); Sir Leslie Stephen, George Eliot (Men of Letters series) 1902.