Eenheidsruiterij - ruiterij, waarvan alle onderdeelen op dezelfde wijze zijn bewapend en geoefend en dus ook tot dezelfde gevechtshandelingen even bekwaam zijn. Aanvankelijk bestond de cav. in de verschillende groote legers uit zware, middelsoort en lichte ruiterij. De zware diende voor de charge, de lichte voor den verkennings- en veiligheidsdienst en de handelingen van den kleinen oorlog, de middelsoort voor beide. Om het schokvermogen van de eerste te verhoogen, werd ze gevormd uit zwaargebouwde manschappen en paarden en voorzien van blanke wapenen van de zwaarste soort en daartegen beschermende bekleedingen.
De l. ruiterij werd samengesteld uit lichtgebouwde menschen en paarden en voorzien van eene lichte bewapening en uitrusting, alsmede van een vuurwapen. Na de verhoogde waarde van het strategisch gebruik der cav. en de zooveel vermeerderde vuuruitwerking van de 19e eeuw, waardoor de charge-cav. op den achtergrond werd gedrongen, was de splitsing in verschillende ruitersoorten op tactischen grondslag ongewenscht; daarom werd gestreefd naar het vormen van een eenheidsruiterij. In de groote legers stuitte dit op onoverkomelijke bezwaren wegens de aanzienlijke verschillen in bouw van man en paard. Vandaar dat b.v. in Oostenrijk de Dragonders bij voorkeur uit de Duitsche Kroonlanden, de Huzaren uit Hongarije en de Ulanen uit Galicië worden gerecruteerd en geremonteerd.
