Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 19-01-2019

Edam

betekenis & definitie

Edam - stadje in N.-Holland. Van de vele toegangen tot de meren van Hollands Noorderkwartier is de Ee het langst opengebleven. Pas tegen 1400 werd de Eedam gelegd, toen de Schardam, de Zaandam, de Nieuwe Dam, enz. reeds lang bestonden. Intusschen had Amsterdam met zijne diepe haven reeds, als de eenige vrije toegang naar ’t hart van Holland, het grootste verkeer van de Zuiderzee naar zich toe getrokken.

Het jongere E., dat aan de afgesloten Ee bij den ingang vanden Purmer ontstond, moest a. h. w. leven van den afval. Het heeft in de 16e eeuw al heel wat gedaan aan scheepsbouw en houthandel; in de 17e eeuw, toen de groote meren, ook de Purmer, werden drooggemaakt en het gansche polderland beter werd bemalen, kwam daarbij de drukke kaasmarkt, die de „Edammer” wereldberoemd maakte. In de 17e eeuw werd dan ook de kerk zoo mooi en ruim herbouwd in den toenmaligen renaissance-stijl, dat zij voor de grootste en fraaiste van geheel Noord-Holland gold, ook om de gebrande glazen. De toren is van 1699, het sierlijke stadhuis op den dam van 1731. — In de 19e eeuw hoopte E. nogmaals op drukke scheepvaart, toen het plan van een Amsterdamsch zeekanaal naar de Ee-monding gemaakt werd. ’t Viel weer tegen en nu zocht men zijn heil weer in de markten en de visscherij (ook van ouds van belang). De kaasmarkten zijn later ver achtergebleven bij Purmerend dat nu, met Alkmaar en Hoorn, de meeste „Edammertjes” omzet. De visscherij is vooral te Volendam gegroeid, dat, reeds lang onderhoorig, in 1815 bij de gemeente E. gevoegd is.

Het bezat in 1917 ongeveer 250 Zuiderzee-botters. Tevens trok Volendam sedert lang veel vreemdelingen, ook veel schilders. De moderne industrie heeft ook te E. een plaats gevonden, voornamelijk in verband met den scheepsbouw en den houthandel; er is een der grootste electrische spinnerijen en touwslagerijen des lands, verder zijn er, naast 3 scheepshellingen en 2 houtzagerijen, 4 meubel-en timmerfabrieken; — ook nog een stoomzakkenfabriek, een betonfabriek, een sigarenfabriek en een motorenfabriek; — te Volendam 2 garnalenkokerijen. Na de opening van den tramweg is de handel in groenten en bloemen mede vooruitgegaan. De bevolking der gemeente, in 1857 ongeveer 4800 bedragend, wasop 31 Dec. 1915 geklommen tot 7115.