Botterman (eppo) - Nederl. godgel. geb. waarschijnl. te Groningen, laatste helft 18de eeuw, studeerde te Amsterdam, werd in 1700 leeraar bij de Doopsgezinden in de stad Groningen, moest als voorstander van de leer der Collegianten zijn ambt in 1714 neerleggen, werd in 1725 opnieuw beroepen. In 1728 kreeg hij naast zich als collega Jac. Rijswijk, die hem eerst van Sociniaansch en vervolgens van Gereformeerde gevoelens beschuldigde.
Na Rijswijks vertrek naar Almelo in 1742 keerde de rust in de Doopsgez. gemeente te Groningen terug. B. leefde nog in 1764 en was een der oprichters van de Friesche sociëteit. Hij schreef onder meer: Het ware afbeeldsel van een Collegiant (Leeuw., 1735), dat door Driessen en anderen heftig werd aangevallen.