Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Allegorie

betekenis & definitie

Allegorie - eene stijlfiguur, waarbij een samenhangende reeks van begrippen wordt voorgesteld door middel van een parallelle samenhangende reeks van beelden. De a. is niet iets naïefs, maar iets opzettelijks, kunstigs, vaak kunstmatigs. Zij dient in het algemeen om een of andere abstracte waarheid of geestelijk proces aanschouwelijk voor te stellen, zoo Bunyan’s Christenreis. Men kan daarbij zelf de beelden vormen of gebruik maken van bestaande beelden of metaphora’s, hetzij dan aan geschiedenis of mythologie ontleend.

De allegorie doet bepaaldelijk dienst, in den vorm van allegorische uitlegging in wijsgeerige of theologische scholen, die eenerzijds los zijn van een bepaalde historische of mythologische stof, welke in zekeren kring gezag heeft, en anderzijds het geestelijk verband daarmede trachten te handhaven. Zoo vatte de Stoïsche wijsbegeerte de Grieksche mythen allegorisch op, om er het aanstootelijke aan te ontnemen en ze geestelijk uit te leggen. Zoo Philo en het Hellenisme de geschiedenis, en de wetten van het O. Testament. Sporen ook in het N. T. (1 Cor 9 :9 v). Vooral de wijsgeerig gevormde Christenen der eerste eeuwen bezigden de allegorie om zich de hun vreemde stof en begrippen der H. S. toe te eigenen: Origenes, Augustinus. De theologie van alle eeuwen heeft dit voorbeeld gevolgd, waarbij de kerkelijke theologie altijd den oorspronkelijken, letterlijken zin vóór en met den allegorischen heeft gehandhaafd.

Voor haar drukt het f e i t de i d e e uit en zijn beide noodig, terwijl de z.g. gnostiek e. d. het feit slechts als voorstelling dezer idee (alles Vergängliche ist nur ein Gleichnisz) opvat. De Hervorming en vooral de Gerei theologie was over ’t geheel de allegorie niet genegen, als verzwakkend het gezag der H. S. en leidend tot willekeur. Dit gevaar bestaat, en daarbij, dat het onderscheiden van een dubbelen zin leidt tot dubbelzinnigheid, in zooverre de geleerde met zijn a. iets geheel anders bedoelt dan het volksgeloof aanneemt. Vgl. Ad. Kisch, Die heutige Bibel in ihrer geschichtlichen Entwickelung, 1907; G. A. v. d. Bergh v. Eysinga, Allegorische interpretatie, 1904.