(zond, heeft gezonden),
1. (alleen schrijft.) iemand of iets naar een ander of een andere plaats doen gaan; doen toekomen, sturen: een geschenk —; de gezonden goederen; een verslaggever naar Afrika —; iemand naar de andere wereld —, hem de dood injagen;
2. radio-, televisie-uitzendingen verzorgen.