Wat is de betekenis van zenden?

2024-04-18
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

zenden

zenden - Werkwoord 1. sturen Ik had je eergisteren die brief gezonden.

2024-04-18
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

zenden

zenden - onregelmatig werkwoord uitspraak: zen-den 1. zorgen dat het ergens komt ♢ hij zond mij een mooie kaart Onregelmatig werkwoord: zen-den ik zend jij/u zendt ...

2024-04-18
Psychosociale gespreksvoering

Markus van Alphen (2015)

Zenden

Zenden - het (motorisch) voortbrengen van spraak.

2024-04-18
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Zenden

v., stjûre, skikke.

2024-04-18
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-18
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Zenden

(zond, heeft gezonden), 1. (iem. of iets) van zich of zijn woonplaats uit naar een ander of een andere plaats doen gaan; doen toekomen, sturen: iem. boeken, brieven, een pak zenden ; een bode naar iem. zenden ; een verslaggever naar Afrika zenden; — om de dokter zenden, iem. naar hem toe sturen opdat hij kome ; — ...

2024-04-18
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

zenden

zond, h. gezonden (doen gaan; sturen; doen toekomen): om den dokter zenden; iem. een brief, een uitnodiging zenden; zie wereld.

2024-04-18
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

zenden

(zond, heeft gezonden) [Fak. van een wkw. dat reizen betekent] 1. doen toekomen, sturen: een bode -; iemand een pakje, een brief -. ➝ bakboord, balk, kaart, licht, lijf, peperland, Pilatus, wereld. 2. laten halen: om de dokter -. ➝ lucht, mosterd, peper. 3. als missionaris sturen: Jezus zond zijn apostelen om de mensen te bekeren. 4. ontslaan: iem...

Wil je toegang tot alle 13 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-18
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

zenden

(zond, heeft gezonden), 1. (alleen schrijft.) iemand of iets naar een ander of een andere plaats doen gaan; doen toekomen, sturen: een geschenk —; de gezonden goederen; een verslaggever naar Afrika —; iemand naar de andere wereld —, hem de dood injagen; 2. radio-, televisie-uitzendingen verzorgen.