krommen - regelmatig werkwoord
uitspraak: krom-men
1. het krom maken
♢ de kat kromt zijn rug
2. een bocht maken
♢ de weg kromt zich hier naar links
Regelmatig werkwoord: krom-men
ik krom
jij/u kromt
hij/zij kromt
wij/zij/jullie krommen
ik/jij/u/hij/zij kromde
wij/zij/jullie kromden
hij is gekromd
de/het/een gekromde ....
krommend, krommende
Synoniemen
buigen
Gepubliceerd op 14-11-2017
krommen
betekenis & definitie