Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

aanbreken

betekenis & definitie

aanbreken - onregelmatig werkwoord
uitspraak: aan-bre-ken

1. het ontstaan, of laten ontstaan
♢ de grote dag is aangebroken
2. het open maken
♢ we hebben een nieuw pak melk aangebroken

Onregelmatig werkwoord: aan-bre-ken
het breekt aan (... het aanbreekt)
zij breken aan (... zij aanbreken)
het brak aan (... het aanbrak)
zij braken aan (... zij aanbraken)
het is/heeft aangebroken
de/het/een aangebroken ....
aanbrekend, aanbrekende

Synoniemen
beginnen, intreden

Tegenstellingen
afnokken, eindigen, ophouden, staken, stoppen, uitscheiden