Gepubliceerd op 01-12-2020

zure regen

betekenis & definitie

natte (regen) en droge depositie van bestanddelen, die de bodem en het oppervlaktewater verzuren. De voortschrijdende verzuring van bodem en oppervlaktewater is reeds in het begin van de 20e eeuw geconstateerd.

Deze verzuring wordt veroorzaakt door zwavelzuur, salpeterzuur, zoutzuur en ammoniumzouten. Deze stoffen komen in de atmosfeer terecht door b.v. verbranding van chloorhoudende kolen (zoutzuur), bij industriële processen of door chemische omzetting in de atmosfeer van zwaveldioxide en stikstofoxiden. De oxiden van zwavel en stikstof zijn afvalprodukten bij alle mogelijke verbrandingen (van olie, kolen, hout enz.). Ca. 55 % van de stikstofoxiden is afkomstig van het gemotoriseerd verkeer. Bij verbranding van benzine en aardgas, die vrij zijn van zwavel, wordt uiteraard geen zwaveldioxide gevormd.De ammoniumzouten ontstaan in de atmosfeer of op het oppervlak van een materiaal. De daarvoor noodzakelijke ammoniak wordt voor een belangrijk deel geproduceerd door de bio-industrie. Ammoniak (NH3) heeft in eerste instantie een neutraliserende werking. Het kan één waterstofion binden door het ammoniumion (NHj) te vormen. In de bodem worden ammoniumverbindingen echter door micro-organismen omgezet in nitraten, waardoor twee waterstofionen vrijkomen. Per saldo draagt ammoniak dus bij aan de verzuring. Er zijn ook natuurlijke bronnen die de zuren of zuurvormende bestanddelen uitstoten (b.v. zwaveldioxide door vulkanen).

De verblijftijd in de atmosfeer van verzurende bestanddelen wordt bepaald door de snelheid van de chemische omzettingen en door een aantal fysische processen. De plaats waar de zure regen terechtkomt, is afhankelijk van de verblijftijd van de verzurende bestanddelen en van de luchtverplaatsing. Gemiddeld is de luchtverplaatsing in Nederland en België ca. 850 km per dag. Bij een verblijftijd van 1-2 dagen komt veel wat in Nederland of België geëmitteerd wordt in het buitenland naar beneden.

De effecten van zure regen zijn ernstig.

De verzuring verstoort de voortplanting van in water levende dieren als vissen, salamanders en kikkers; bomen kunnen afsterven; planten zijn vaker ziek; bosgrond verarmt door het uitspoelen van kalium, magnesium en calcium; zware metalen worden uit de complexe verbindingen vrijgemaakt, waardoor het grondwater en het oppervlaktewater worden vergiftigd met b.v. kwik en aluminium; in bosvegetatie (mossen, paddestoelen e.d.) nemen de gehalten aan zware metalen zoals cadmium en lood toe, die zo via het dier bij de mens kunnen terechtkomen.

Zure regen heeft ook een schadelijke werking op materialen zoals beton, verf, metalen en natuursteen. Onherstelbaar is de schade aan monumentale beeldhouwwerken, vooral die van kalksteen, die relatief snel tot onherkenbare klompen worden misvormd.

In Nederland worden de zwaveldioxide- en de stikstofoxidengehalten continu gemeten door het Nationaal Meetnet voor Luchtverontreiniging. Per jaar bedraagt de hoeveelheid uitgestoten zuurvormende componenten ca. 500000 t zwaveldioxide, 550000 t stikstofdioxiden en ca. 150000 t ammoniak. In het Indicatief Meerjaren Programma Lucht, 1984-88, heeft de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer voornemens vastgelegd om de emissieplafonds te verlagen tot 350000 t per jaar voor zwaveldioxide en tot 200000 t per jaar voor de stikstofoxiden.

In Vlaanderen bedraagt de jaarlijkse hoeveelheid uitgestoten zuurvormende componenten ca. 498800 t zwaveldioxide en ca. 165000 t stikstofdioxide (gegevens 1980). De industrie loosde in 1980 ca. 407500 t S02 en 81500 t NO,, de gebouwenverwarming resp. 84500 t en 16000 t en het verkeer resp. 6800 t en 67500 t. In Vlaanderen wordt de industriële emissie van stikstofoxide en zwaveloxide geregistreerd door het Nationaal Meetnet voor de Luchtverontreiniging, waarna de gegevens worden verwerkt door het Instituut voor Hygiëne en Epidemiologie in mathematische modellen. Het opstellen van een beleidsplan S02 in België zit in een eindstadium. Naar aanleiding van dit beleidsplan S02 kunnen vanaf het voorjaar 1984 specifieke emissienormen opgelegd worden aan de industrie; dit alles in het kader van de Wet op de luchtverontreiniging. Naast het uitvaardigen van een aantal KB’S is het ook de bedoeling om nog andere maatregelen te treffen, b.v. het installeren van ontzwavelingsinstallaties.