(tetra), kleurloze, onbrandbare vloeistof met karakteristieke zoete geur. De damp is zwaarder dan lucht.
Tetrachloorkoolstof is een chloorkoolwaterstof. Het wordt vnl. geproduceerd uit chloor en propeen. Vrijwel de volledige produktie van tetra wordt als grondstof gebruikt bij de produktie van een drijfgas voor gesloten systemen. Het gebruik van tetra als oplosmiddel in de industrie, voor het ontvetten van metaaldelen, als brandblusmiddel, voor chemisch reinigen, als vlekkenwater en als anti-leverbotmiddel voor schapen is inmiddels grotendeels achterhaald. In de vlam (N.B. gebruikt als brandblusmiddel!) of aan een gloeiend oppervlak worden → fosgeen en zoutzuur gevormd.Tetra kan in het lichaam worden opgenomen via de mond, de longen en de huid. Omdat de reukgrens (20—200 ppm) boven de MAC-waarde van 2 ppm ligt, kunnen zich vergiftigingsverschijnselen (hoofdpijn, duizeligheid en misselijkheid) voordoen bij langdurige maar ongemerkte blootstelling. De stof werkt narcotisch; in ernstige gevallen kan bewusteloosheid optreden. Bij intensief huidcontact bestaat er een kans op huidaandoeningen. Tetra is uitgesproken giftig voor lever en nier (leververvetting en necrose; verlies van de nierfunctie is vnl. de doodsoorzaak) zowel bij acute als chronische blootstelling. Vooral patiënten met lever(alcoholici, diabetici) en nieraandoeningen, en kinderen zijn hiervoor gevoelig.
