Gepubliceerd op 01-12-2020

Geuldal

betekenis & definitie

gebied in Zuid-Limburg, waarvan enkele delen in het zuidelijk Geuldal wegens grote landschappelijke waarde natuurreservaat zijn; 75 ha groot en gelegen in de gemeenten Wittem en Vaals.

De rivier de Geul ligt in België en Nederland, is ca. 50 km lang en is onbevaarbaar. Zij ontspringt in België bij Raeren, stroomt langs Moresnet, Plombières, komt nabij Epen Nederland binnen en mondt uit in de Maas.

In het Ned. gedeelte van het Geuldal komen zeldzame plantesoorten voor. Op enkele plaatsen bevat de bodem veel zinkverbindingen, waartegen slechts enkele planten bestand zijn, o.a. een variëteit van Engels gras (Armeria maritima), zinkviooltje (Viola calaminaria) en alpenboerenkers (Thlaspi caerulescens).

Enkele gedeelten van het Geuldal en omstreken werden in 1977 aangekocht door de Vereniging tot Behoud van Natuurmonumenten in Nederland en de Stichting Het Limburgs Landschap, nl. de vakwerkboerderij Het Höfke met een aantal botanisch interessante graslandpercelen, het watermolencomplex De Volmolen en een boerderij in de buurtschap Cottessen met delen van de Cottesserbeek, een zijbeek van de Geul. De aankopen zijn gefinancierd uit de opbrengst van de in 1977 gehouden Aktie Geuldal (ruim f 2,5 mln.).

In heel Nederland vond de actie veel weerklank, maar in de streek zelf waren de meningen verdeeld. Zo ondervond de actie weerstand bij een deel van de agrarische bevolking, die een bedreiging zag in de toegenomen belangstelling van het publiek en in de gevreesde onttrekking van gronden aan de landbouw.

Ook is de actie aanzet geweest tot het op gang komen van een dialoog tussen natuurbeschermers en boeren. Met de aankopen trachten de natuurbeschermingsorganisaties via een aangepast landbouwkundig beheer bepaalde vegetaties in stand te houden; tevens beoogt men een aantal karakteristieke bouwwerken in het landschap te behouden. Het aankoopbeleid past in het streven van de rijksoverheid om in het Mergelland een nationaal landschap te stichten (zoals is beschreven in het werk van E.Heimans, Uit ons Krijtland, 1911).