Gepubliceerd op 29-06-2020

bevrijdingsdag

betekenis & definitie

5 mei is de nationale feestdag waarop jaarlijks de bevrijding van het Koninkrijk in 1945 van de Duitse en

Japanse bezetter wordt gevierd. Naast de historische bevrijding wordt in toenemende mate het leven in vrijheid als zodanig gevierd.

Na de officiële bevrijding van heel Nederland op 5 mei 1945 besloot het kabinet-Gerbrandy dat het eerste nationale bevrijdingsfeest zou worden gehouden op de verjaardag van koningin Wilhelmina, 31 augustus. Het Comité Nederland Herdenkt 1940-1945 bereidde een groot feest voor in het Olympisch Stadion in Amsterdam, met vooraanstaande gasten. De koningin wilde echter niet dat de bevrijding voortaan op haar verjaardag zou worden gevierd. De enige andere datum die voor de hand lag was 5 mei. Omdat het land zich in de wederopbouw geen extra vrije dag kon permitteren, werd de bevrijdingsdag in de eerste naoorlogse jaren geen echte feestdag. Alleen ambtenaren mochten op die dag eerder naar huis.

Aan andere werkgevers werd overgelaten of zij ook een paar uur vrij zouden geven. In de praktijk gaven die de voorkeur aan een vrije Koninginnedag. In 1946 en 1947 werd op bevrijdingsdag opnieuw een groot feest in het Olympisch Stadion in Amsterdam georganiseerd. Vanaf 1946 heeft het kabinet een aantal keren besloten de viering van de bevrijding op 5 mei naar een andere dag te verschuiven omdat die datum op een zondag viel. In 1968 besloot de regering herdenken en vieren altijd op 4 en 5 mei te organiseren, ongeacht de dag van de week. Terwijl de herdenkingsactiviteiten zich steeds meer uitbreidden, bleef van het programma voor 5 mei weinig over.

Uiteindelijk besloot het kabinet-Drees in 1958 dat de nationale viering van de bevrijding voortaan eenmaal in de vijf jaar zou worden gehouden. De viering van 5 mei kreeg een nieuwe impuls toen in 1975 op initiatief van minister-president J.M. den Uyl een groot feest werd georganiseerd in de RAI in Amsterdam. Daarvoor werden niet alleen oud-verzetsstrijders en nabestaanden uitgenodigd, maar voor het eerst werd ook uitdrukkelijk aandacht besteed aan joodse overlevenden en nabestaanden. Voor de viering van de bevrijding in 1980 werd door de regering het Comité Nationale Viering Bevrijding 1980 (CNVB) geïnstalleerd. Deze viering werd zo’n groot succes dat de regering in 1980 besloot 5 mei voortaan weer ieder jaar te vieren. Tot 1986 werd ieder jaar in een andere provinciehoofdstad in aanwezigheid van de koningin een programma uitgevoerd met educatieve en culturele elementen.

Het kabinet-Lubbers kondigde in 1986 de oprichting aan van het Nationaal Comité 4 en 5 mei. Van meet af aan probeerde het Nationaal Comité voor 5 mei de status van nationale feestdag te bewerkstelligen. Dat lukte in 1990. Of het voor werknemers ook een vrije dag is, wordt overigens bij de CAO-onderhandelingen afgesproken.

Een ander belangrijk doel was 5 mei meer toekomstgericht te laten zijn en vooral jongeren bij die dag te betrekken. Op initiatief van het Nationaal Comité werden vanaf 1990 overal in het land bevrijdingsfestivals opgezet; sinds 1994 heeft elke provincie een eigen festival. In 1996 kwam het Nationaal Comité tot een andere opzet van het nationale programma in Amsterdam. Besloten werd in de ochtend het accent op de inhoud te leggen door middel van een lezing rond het jaarlijkse thema, en de cultuur en het feest naar de avond te verschuiven. Sindsdien geeft de premier in een van de provinciesteden waar een bevrijdingsfestival wordt gehouden het nationaal ‘startschot’. Ook het programma van de avond van 5 mei veranderde in 1996 van karakter door de verplaatsing van het gemengde programma met inhoud en cultuur in Carré naar een feestelijk concert vanaf een podium op de Amstel bij de Magere Brug.

Dat groeide uit tot een nieuwe traditie. Met het startschot door de premier, de combinatie met de bevrijdingsfestivals en de feestelijke afsluiting op de Amstel in aanwezigheid van koningin Beatrix heeft de viering van de bevrijding een nationaal gezicht gekregen.

Prins Bernhard had op bevrijdingsdag een eigen programma. Voor Hotel de Wereld in Wageningen, de plaats waar het Duitse leger op 5 mei 1945 de capitulatie tekende in zijn bijzijn, nam hij een défilé af van veteranen en oud-strijders en veteranen van naoorlogse vredesoperaties. Hij deed dat vanaf 1980, het jaar waarin hij officieel de gerestaureerde capitulatiezaal opende, bijna jaarlijks, meestal in gezelschap van mr. Pieter van Vollenhoven.

Zie ook > dodenherdenking Tweede Wereldoorlog.