Lexicon der Natuurgeneeskunde

Ernst Meyer Camberg (1981).

Gepubliceerd op 11-06-2020

Ontsteking

betekenis & definitie

is de aan het vaatstelsel gebonden regulatie van de afweer (zie afweermechanismen) van het lichaam tegen uiterlijke en in het lichaam binnengedrongen prikkels. Deze kunnen van mechanische, bacteriële, chemische of fysische aard zijn.

O. is kenbaar aan rode verkleuring, zwelling, warmte (koorts) en pijn. Eerst treden veranderingen op in de bloedsomloop met als doel een actief bewerkstelligde overvloed aan bloed door vaatverwijding en versnelling van de bloedsomloop in het getroffen gebied teneinde de afweerstoffen in het bloed (antilichamen) in verhoogde mate aan het werk te zetten. Spoedig volgt echter een passieve overvloed aan bloed met stuwing in de kleine aderen (zgn. stasis). De witte bloedlichaampjes stromen langzamer langs de vaatwand, de rode gaan sneller in het midden van de bloedstroom. De witte bloedlichaampjes gaan nu uit de vaten het weefsel in, samen met de bloedwei en wanneer de vaatwand door beschadigingen, toegebracht door de ontsteking, nog meer doorlaatbaar is, kunnen ook rode bloedlichaampjes naar buiten komen. De afweerstoffen uit het bloed, samen met de werkzaamheid van de witte bloedlichaampjes, doden bacteriën, breken weefsels die te gronde gegaan zijn af, om kort te zijn: ze werken als „gezondheids-politie”. Dan volgt opname en afvoer van de door de o. gevormde afvalstoffen, of er vormt zich etter.

Naast de weefseloplossende werking van de o. is daar de vorming van litteken- of granulatie weefsel, dat de door de afbraak ontstane gaten opvult. Al naar gelang de graad ontwikkelen zich deze afweerfuncties. Wanneer sterke bloedtoevoer bij o. optreedt, is er een tijdelijke, sterkere doorbloeding, bij de sereuze o. komt alleen bloedwei en bij de slijmvliezen een grotere hoeveelheid slijm (catarre) naar buiten. Bij de fibrineuze o. wordt vezelstof gevormd aan de oppervlakte van slijmvliezen en met sereuze huid beklede lichaamsholten binnen de sereuze uitstorting; bij de etterige ontsteking is de uitzweting rijkelijk voorzien van witte bloedlichaampjes en weefsel dat te gronde gegaan is. Wanneer bloed in zijn geheel naar buiten gekomen is, spreekt men van een hemorragische o. Wanneer rotting optreedt kan de o. kwalijk gaan ruiken. De acute o. verloopt stormachtig, met een bijzonder accent op de afweerfuncties.

De chronische o. verloopt langzaam, met steeds vernieuwde processen tegenover de afweerfuncties. Dit is voor een deel afhankelijk van de oorzaak der o. en de inwerking van de bacteriën. Tuberculose en lepra verlopen b.v. altijd in de vorm van een chronische ontsteking. De behandeling tracht de afweerprocessen van de acute ontsteking te steunen, de bloedtoevoer te bevorderen, het opnemen en afleiden van de ontstekingsprodukten te ondersteunen, de algehele afweerbereidheid van het lichaam te verhogen. Bij chronische ontstekingen wordt over het algemeen getracht een acuut afweerstadium te bewerkstelligen of, wanneer dit niet mogelijk of wenselijk is, de afweerbereidheid van het lichaam te verhogen.