Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 24-06-2020

bakboord

betekenis & definitie

('baʞ) o. [Mned. bac, rug] linkerboord, linkerzijde van het → schip, als men, op het schip staande, naar de voorsteven ziet : aan -; over gieren, naar links afwijken ; iemand van naar stuurboord zenden, van de ene naar de andere. → bikboord. Tost. stuurboord.

Enc. Bakboord is de zijde van het schip waar de stuurman met zijn rug naar toestaat. Het stuur werd namelijk, op Oudgermaanse schepen, aan de rechterzijde aangebracht, die daarom stuurboord heet. Aan bakboord heeft men rood licht.

bakboordszijde v.

< >