Jannes H Mulder

Schrijver op Ensie

Gepubliceerd op 03-07-2025

Discrimineren

betekenis & definitie

Discrimineren is het ongelijk behandelen van mensen en het beperken van hun mogelijkheden op basis van waarneembare en/of veronderstelde kenmerken van uiterlijk en gedrag.

De kenmerken waarop mensen discrimineren lopen uiteen. Iemands uiterlijk is onveranderbaar en evident: huidskleur, etniciteit, geslacht of lichaamslengte (bijvoorbeeld lilliputters). Andere kenmerken kunnen veranderlijk zijn, zoals leeftijd, godsdienstige uitingen (bijv. een hoofddoek), omvang of spraak.

Discriminatie maakt gebruik van identificeerbare verschillen binnen een geconstrueerde hiërarchie van waardering. Onder in de rangorde bevinden zich kleine/ gedrongen, donkere, zwakke en misvormden en mensen met bijvoorbeeld een scheef gelaat. Groot/ gestrekt, lichter, sterker en mooi/ symmetrisch worden naar verhouding hoog gewaardeerd. Kenmerkend voor discriminatie is dat het altijd gaat om de structurele beperking van de mogelijkheden en vrijheden van anderen.

Mensen sluiten elkaar uit op basis van het identificeerbare-anders-zijn. De naaste wordt een tot-ongelijk-gemaakte mens, naar analogie van slaafgemaakte. Onder gelijken voelen mensen zich met elkaar verbonden. Uiterlijk en gedragsmatig op-elkaar-lijken is prettig. Dit mimetisch gedrag komt ook onder dieren voor. Soort zoekt soort en kuddegedrag is in de natuur heel gewoon. Soms worden verschillen ook voor positieve differentiaties ingezet. Recente voorbeeld is Crip , de anti-discriminatie beweging van gehandicapten. Solidariteit uit welbegrepen wederzijds eigenbelang vormden de basis van hun jarenlange emancipatoire strijd tegen ongelijke behandeling.

Soms werken vooringenomenheid en vooroordelen discreet. In Suriname staan Marrons op achterstand ten opzichte van Creolen en in Israel ondervinden bijvoorbeeld Maghrebijnse Joden en Asjkenazim ongelijke behandeling. Zelfs de Paralympische Spelen ontkomen niet aan extreem subtiel onderscheid. Op de onderste trede van de discriminatie-ladder bevinden zich atleten met een cerebrale parese, geamputeerden bevinden zich halverwege en ‘bovenaan’ houden blinden atleten zich vast.

Discrimineren, hoe ogenschijnlijk kleinschalig en subtiel ook, ondermijnt altijd sociale gelijkheid en betekent altijd elkaars mogelijkheden en vrijheden beperken. Discriminatie staat daarmee haaks op negatieve vrijheid of ‘wat je niet wilt dat jou overkomt, doe dat ook anderen niet aan’.