voor zo verre het van Beverwijk onderscheiden is, maakt een uitgestrekt Baljuwschap uit, waaronder verscheidene Dorpen behooren, waarvan de meesten bij en om de Zaan gelegen zijn. Onder de vroegere en Graaflijke regeering maakte dit met Beverwijk ééne Ambachtsheerlijkheid uit, die onder den naam van Zaanen of Zaanden bekend was; doch, vermits Heer WILLEM VAN ZAANDEN mede schuldig was aan den moord van Graaf FLORIS DEN VIJFDEN, in het jaar 1296, werd ook die Heerlijkheid verbeurd verklaard.
Eenige jaaren later schonk WILLEM DE DERDE, bijgenaamd de Goede, als Graaf van Holland en Henegouwen, deeze Heerlijkheid, zo wel als het land van Blois, bij Gouda, aan zijnen jonger broeder JAN VAN BEAUMONT. De dochter van deezen trouwde met LODEWIJK VAN CHATILLON, Graaf van Blois, in Frankrijk; en door hem gelooft men dat de naam van Zaanen in die van Blois veranderd is. Uit het gemelde huwelijk kwamen voort drie Zoonen: LODEWIJK, JAN en GUIDO, wier goederen, bij versterf, van den eenen op den anderen overgaande, zijn, behalven Blois in Frankrijk, als mede de Heerlijkheden van Gouda en Schoonhoven, ook deeze Dorpen aan de Zaan in Noord-Holland te beurt gevallen; de Stad Thoolen aan Beaumont in Henegouwen.
Dan de jongste, GUIDO, met alle die bezittingen, nog in schulden stekende, was hij (1391) verpligt, zijn Graafschap Blois in Frankrijk te verkoopen, aan LODEWIJK, Hertog van Orleans; waar na hij den naam van Blois op deeze in Holland gelegene goederen overbragt. Hij, in 1397, zonder kinderen stervende, keerden alle die goederen, met behoud van den naam van Blois, weder tot de Graaflijkheid van Holland, die daarover bijzondere Baljuwen aanstelde.
MIRAEUS beschrijft het geslacht der Graaven VAN BLOIS aldus:
Burchert van Avenes, Zoon van Heer Jacob en van Amelina de Guize, heeft bij Margretha, Gravinne van Vlaanderen en Henegouwen, gewonnen;
Jan en Boudewijn van Avenes. Boudewijn, Heer van Beaumont in Henegouwen, bij Felicitas de Coucij, gewonnen één Zoon,
Jan, en ééne Dochter Beatrix, die Moeder was van Keizer Hendrik den Zevenden; Jan heeft bij Agnes van Valence geteeld, Jan en Boudewijn, die jong gestorven zijn.
Jan van Avenes, Zoon van Burchert en Margretha, heeft bij Aleidis, Zuster van Graaf Willem den Tweeden, gewonnen:
Jan, Graaf van Henegouwen; Burchert, Bisschop van Mets; Jan, Bisschop van Kamerijk; en Guido, Bisschop van Utrecht; Floris, uit wien voortgekomen is Machteld, de Vrouw van Lodewijk van Bourgondiën.
Jan, de oudste Zoon, Graaf van Holland en Henegouwen, heeft bij Philippa, de Dochter van Hendrik, Graaf van Luxemburg, geteeld:
Jan, bijgenaamd zonder genade, die zonder kinderen gestorven is; Willem, Graaf van Holland; Jan, Heer van Beaumont; Hendrik, Kanonik te Kamerijk; Margretha, die met Robbert den Tweeden, Graaf van Artois, gehuwd is; Isabella, gehuwd in Frankrijk; Aleid, gehuwd in Engeland; en Maria, gehuwd aan Lodewijk den Eersten, van Bourbon.
Willem, Graaf van Holland, enz. bijgenaamd de goede, had in huwelijk de Zuster van Koning Filip van Frankrijk, waarbij hij verwekte:
Willem den Tweeden, in 1345 doodgeslagen; Margretha, gehuwd met Keizer Lodewijk; Johanna, gehuwd met den Graaf van Gulik; Philippa, de Gemalin van Eduard den Derden en Elisabeth, ongehuwd.
Jan van Henegouwen, de Broeder van Willem den Eersten, Heer van Beaumont, van het Eiland Thoolen in Zeeland, van ter Goude en Schoonhove enz. in Holland, had ter Vrouwe Margretha van Soissons, Dochter van Hugo, Graaf van Soissons. De erfgenaame van deeze was:
Johanna, zo als hiervoor gezegd is, gehuwd met Lodewijk de Chastillon, Graaf van Blois; van de drie Zoonen, hier vóór genoemd, overleed Lodewijk ongehuwd, in 1372. Jan, Graaf van Blois, had ter Vrouwe Margretha Van Gelderen; hij overleed 1381, zonder wettige kinderen na te laaten; doch verwekte, bij Sophia van Daalhem, afkomstig uit den huize van Arkel, twee natuurlijke Zoonen, Jan en Gui of Guido. Uit Jan zijn voortgekomen de Blois van Treslongs, zo als hierna zal gemeld worden, en uit Gui, de Blois van Haaften.
Jan, dus zonder wettige nazaaten overleden zijnde, kwamen de goederen op den derden Zoon Guido, die gehuwd was met Margretha van Naamen; zij hadden slegts één Zoon, Lodewijk, die vóór zijnen Vader (1391) overleed. Zijne goederen in Holland geraakten (gelijk wij zeiden) weder aan de Graaflijkheid.
Wanneer wij tot de beschrijving van Schoonhoven en Gouda zullen gekomen zijn, zullen wij zien, welke voorrechten die Steden van de Graaven VAN BLOIS verkreegen hebben.
Om nu tot het Baljuwschap van Blois weder te keeren, zo dient gezegd te worden, dat daaronder behoort Wijk op Zee, Wijk aan ‘t Duin, Spaarnewoude, Krommenie en Krommeniedijk, Westzaan, Zaandam, de Koog, Zaandijk, Wormerveer, Knollendam en Assendelft. De hooge Vierschaar van dit Baljuwschap wordt gespannen in de Beverwijk, door gemelden Heer Baljuw en zeven Leenmannen, die door eenen Secretaris bediend worden.