Definities van Nederlandse spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden in de Ensie B
- Babel
- Bakzeilhalen
- Bang zijn zich aan koud water te branden
- Bankroet gaan
- Barbertje moet hangen
- Beest zijn
- Bekaf zijn
- Bekeken zijn
- Bekend (gezien) als de bonte hond
- Beklonken zijn
- Belofte maakt schuld
- Ben je in de kerk geboren? of Hij is in de kerk geboren
- Ben je wel zestig?
- Beren op zijn (of de) weg zien
- Beslagen ten ijs komen
- Beter een goede buur dan een verre vriend
- Beter een half ei dan een lege dop
- Beter ten halve gekeerd, dan ten hele gedwaald
- Bezint eer gij begint
- Bij de duivel te biecht gaan of komen
- Bij de hand zijn
- Bij de pakken neerzitten
- Bij de pinken zijn
- Bij de roes
- Bij de vleet
- Bij gebrek aan brood eet men korstjes van pasteien
- Bij het scheiden van de markt leert men de kooplui kennen
- Bij het walletje langs
- Bij hoog en (bij) laag zweren
- Bij iemand in de kas staan
- Bij iemand in de pas staan
- Bij iemand in het krijt staan
- Bij kris en (bij) kras zweren
- Bij nacht zijn alle katjes grauw
- Bij nacht zijn alle katten (of katjes) grauw
- Binnen zijn
- Blijven doet beklijven
- Bombarie maken
- Boontje komt om zijn loontje
- Boter bij de vis
- Botertje boven
- Botje bij botje leggen
- Boven Jan zijn
- Braak liggen
- Branden als een lier
- Brave Hendrik
- Buiten of zonder de waard rekenen
- Buiten schot blijven
- Buiten westen zijn
- Buiten zijn boekje gaan
