Definities van Oosthoek Encyclopedie in de Ensie S
- Schmalkaldisch verbond
- Schmalkaldische artikelen
- Schmalkaldische oorlog (1546–47)
- Schmelzer, wilhelmus klaas norbert
- Schmidt-isserstedt, paul hans
- Schmidt-rottluff, karl
- Schmidt, anna (annie) maria geertruida
- Schmidt, arno
- Schmidt, Eduard
- Schmidt, franz
- Schmidt, fritz
- Schmidt, helmut
- Schmidt, johannes
- Schmidt, maarten
- Schmidt, wilhelm
- Schmidtcamera
- Schmidtkijker
- Schmiere
- Schmieren
- Schmink
- Schminken
- Schmit, camille
- Schmitt, florent
- Schmitz, johan
- Schmoller, gustav
- Schmook, gérard edward karel (ger)
- Schnabbel
- Schnabbelen
- Schnabel, ernst
- Schnabel, johann gottfried
- Schnack, anton
- Schnack, friedrich
- Schnaps
- Schnauzer
- Schneeberg
- Schneider, eric
- Schneider, erich
- Schneider, johann christian friedrich
- Schneider, reinhold
- Schneider, romy
- Schneidergroep
- Schneiderhan, wolfgang
- Schneidig
- Schnitger (schnitker), arp
- Schnitzel
- Schnitzler, arthur
- Schnorr von carolsfeld, julius
- Schnurre, wolfdietrich
- Schobbejak
- Schobben
- Schobberdebonk
- Schobert, johann
- Schock, rudolf
- Schoeck, othmar
- Schoeffer, nicolas
- Schoeien
- Schoeiing
- Schoeisel
- Schoemaeker, maurice
- Schoen
- Schoenaerts, julien
- Schoenbekooievaar
- Schoenbekooievaars
- Schoenberg
- Schoenborstel
- Schoencrème
- Schoener
- Schoenerbark
- Schoenerbrik
- Schoenklomp
- Schoenlappen
- Schoenlapper
- Schoenlappers
- Schoenlappersplant
- Schoenleest
- Schoenlepel
- Schoenmaken
- Schoenmaker
- Schoenmakerij
- Schoenmakersborst
- Schoenpoetsen
- Schoenpoetser
- Schoenriem
- Schoenschaats
- Schoensmeer
- Schoensnavel
- Schoensnavels
- Schoentrekker
- Schoenus
- Schoenveter
- Schoenzool
- Schoep
- Schoepenrad
- Schoffel
- Schoffelaar
- Schoffelen
- Schoffelfrees
- Schoffelgewei
- Schoffelploeg
- Schoffeltuig
