Gouden horizon encyclopedie

Dr. B.M. Parker (1959)

Gepubliceerd op 07-10-2024

TANDARTS

betekenis & definitie

Het gebit is een belangrijk onderdeel van ons lichaam. Zonder tanden zouden we alleen zachte voedselsoorten kunnen eten en zouden we verscheidene woorden uit onze taal niet of heel erg onduidelijk kunnen uitspreken.

Af en toe hebben we last van onze tanden. In zulke gevallen moeten we de hulp inroepen van speciale artsen: de tandartsen. De tak van de medische wetenschap, die zich speciaal bezighoudt met het menselijke gebit, is de tandartsenij.

Tegenwoordig is een tandarts in staat onze tanden op alle mogelijke manieren te redden en te beschermen. Hij kan kiespijn verhelpen; hij kan door ziekte aangetaste tanden herstellen; hij kan kunsttanden plaatsen, waar hij een vernielde tand of kies heeft moeten wegnemen en zelfs kan hij iemand een geheel nieuw (kunst)gebit geven. Om de gebreken aan een tand vast te stellen, kan de moderne tandarts röntgenfoto’s maken; als er een kies of een tand moet worden getrokken, gebeurt dat vrijwel pijnloos.

In het verleden hebben de mensen waarschijnlijk minder last gehad van hun tanden dan tegenwoordig. Een van de oorzaken daarvan is waarschijnlijk geweest, dat ze veel rauw voedsel aten, waardoor hun gebit getraind werd. De belangrijkste reden is echter, dat er door de vooruitgang in de industrie steeds meer ‘voedingsstoffen’ geproduceerd worden, die schadelijk zijn voor de tanden als deze niet voortdurend gereinigd worden (snoep o.a.). Al heel gauw echter moesten ook onze voorouders hun gebit laten behandelen. Plezierig was zo’n behandeling niet, want de echte tandartsenij is nog betrekkelijk nieuw. Pas 250 jaar geleden verschenen de eerste tandartsen; het eerste opleidingsinstituut voor tandartsen werd pas in 1840 opgericht.

Het is tegenwoordig een academische opleiding. Voordien werden tandkwalen behandeld door huisartsen. Omdat ze niet gespecialiseerd waren op het menselijke gebit, wisten ze meestal niet beter te doen dan een lastige tand te trekken of de patiënt geneesmiddelen toe te dienen. Soms waren die medicijnen uiterst merkwaardig van samenstelling. ‘Beproefde’ tandpijnmiddeltjes uit die tijd waren schildpadbloed, pillen uit knoflook, melk en mierikswortelzaden en de gemalen beenderen van een mysterieus dier, dat men de ‘zeedraak’ noemde.

< >