Knopen aan kledingstukken zijn tegenwoordig zo iets vanzelfsprekends, dat we het ons moeilijk zónder deze nuttige hulpmiddelen kunnen voorstellen. Toch zijn knopen pas in de 16e eeuw uitgevonden.
Tot dan toe werd de kleding bijeengehouden door gordels, ceintuurs, spelden en clips. Weliswaar bestonden er in de Oudheid al knopen maar deze dienden louter als decoratie. Men had nog geen middel uitgevonden om ze praktisch bruikbaar te maken.De eerste knopen waren zeer kostbaar. Ze werden door kunstenaars vervaardigd uit edele metalen en waren vaak versierd met kostbare edelstenen.
Ook tegenwoordig kunnen knopen, ondanks hun nuttige toepassing, nog gebruikt worden als sieraad. Er zijn nog altijd knopen die duurder zijn dan de kleding welke ze bijeenhouden. Maar dat zijn uitzonderingen; het merendeel der moderne knopen wordt machinaal en in massa gemaakt en is daarom goedkoop. Knopen kunnen uit allerlei materiaal vervaardigd worden. Er zijn knopen van been, hout, leer, glas, textiel, plastic en steen; er zijn koperen, zilveren en paarlemoerknopen; er zijn er van nylon, aluminium, hoorn en celluloid. Ook in vorm, kleur en afmeting zijn er voor knopen nauwelijks grenzen.
In het verleden zijn er verscheidene sluitingen ontwikkeld, waarvan men verwachtte dat ze de knoop zouden verdringen. Drukkertjes, haken en ogen, ritssluitingen en magneetsluitingen zijn echter niet in staat gebleken de knoop van zijn plaats te verdringen. Daarnaast wordt het woord knoop ook nog in een andere betekenis gebruikt, namelijk in de zin van ‘een knoop leggen’. Er bestaan tal van knopen; een paar ervan worden in het dagelijkse leven gebruikt; andere blijven beperkt tot beroepen, die veel met knoopwerk te maken hebben. Knoopdeskundigen worden vooral gevonden onder zeelui, vissers, kleermakers, houthakkers, tapijtknopers, cowboys, veehandelaars en verkenners.
De eenvoudigste knoop is de zg. halve steek, die o.m. gebruikt wordt om te voorkomen, dat het einde van een stuk touw of garen gaat rafelen. Een andere knoop is de achtknoop, die moet verhinderen dat een touw door een katrol glipt. Een van de meest gebruikte knopen is de paalsteek, die praktisch niet kan losraken en veel gebruikt wordt bij hijswerk. De hielingsteek is vooral geschikt voor het verbinden van twee touwen; de trompetsteek dient om een touw korter te maken zonder het stuk te snijden.
Sommige knopen zijn in werkelijkheid zg, slipsteken; het oog van zo’n steek wordt kleiner naarmate het vrije einde van het touw aangetrokken wordt. Halve steken worden veel gebruikt om bootjes of vee vast te binden. De lassoknoop wordt in Nederland praktisch niet gebruikt; het is een Amerikaanse knoop, die veel wordt toegepast door cowboys.