Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Vlaanderen

betekenis & definitie

benaming, die nu gebruikt wordt voor het Ned.-sprekende gedeelte van Belgié en die zijn oorsprong vindt in de vroeg-middeleeuwse pagus Flandrensis. een karolingische gouw rond Brugge, die zelf de kern werd van een middeleeuws vorstendom, het graafschap Vlaanderen, dat nagenoeg de huidige twee provincies West- en Oost-Vlaanderen omvatte, alsmede gebieden in het huidige Noord-Frankrijk (Atrecht, Aire, St.Omaars. Rijsel, Douai en Orchies).

De grondlegger van de dynastie van de Vlaamse graven was de karolingische gouwgraaf → Boudewijn l, gehuwd (862) met Judith, dochter van Karel de Kale. Zijn zoon. → Boudewijn II (879-918), bouwde het graafschap uit tot een zelfstandig vorstendom. dat onder → Arnulf i (918-65) zich in Noord-Frankrijk uitbreidde tot over de Somme. Onder de graven → Boudewijn IV (988-1035) en → Boudewijn V (1035-67), werden gebieden ten oosten van de Schelde veroverd (Walcheren, Vier Ambachten. Land van Aalst), waardoor de graven tevens vazal werden van het Duitse Rijk. (→ Kroonvlaanderen. → Rijks Vlaanderen). Onder het Huis van de Elzas (1128-91) bereikte Vlaanderen het hoogtepunt van zijn macht. Nadien had het zich teweer te stellen tegenover Frankrijk, dat Vlaanderen bij zijn kroondomein wilde inlijven (→ Klauwaerts en Leliaerts; → Guldensporenslag).

Door deze strijd verloor Vlaanderen achtereenvolgens Artesië en Frans-Vlaanderen (Rijsel, Douai en Orchies). doch bleef onder het Huis Dampierre zijn zelfstandigheid bewaren. De twee laatste graven uit dit geslacht. → Lodewijk i van Nevers (1322—46) en → Lodewijk II van Male (1346 84) hadden af te rekenen met herhaalde opstanden van de grote steden, m.n. Gent, dat door de beide → Arteveldes geleid werd. Het huwelijk 1369 van de enige dochter van Lodewijk van Male. Margaretha van Male, met Filips de Stoute, hertog van Bourgondië en broer van de Franse koning, luidde een nieuw tijdperk in voor Vlaanderens geschiedenis. In 1384 werd de Bougondische hertog erfopvolger in Vlaanderen, dat opnieuw in bezit was gekomen van Frans-Vlaanderen en van Antwerpen en Mechelen.

Sedert Filips de Goede werd Vlaanderen één van de 11 en sedert Karel V één der 17 gewesten van de Nederlanden. Het bleef als de andere gewesten in de Zuidelijke Nederlanden een politieke individualiteit bewaren tot aan de Franse inlijving eind 18e eeuw.Litt. A.Wauters. L'origine de la population flamande de la Belgique (in: Bul. Acad. Roy. Belg. 1885); A.C.F.Koeh.

De betrekkingen van de eerste graven van Holland met het vorstendom Vlaanderen (in: TvG 1948); R.van Roosbroeck (red.), Gesch. van Vlaanderen (6 dln. 1936—49); J.H.A.Beuken. De Hanze en Vlaanderen (1950); F.Blockmans, De erfstrijd tussen Vlaanderen en Brabant in 1356 (in: Versl. Alg. Verg. Ilist. Gen. 1955); P.Lenders.

De politieke crisis in Vlaanderen omstreeks het midden der 18e eeuw (1956); W.Prevenier, De Leden en de Staten van Vlaanderen 1384—1405 (1961); A.Verhuist. Het landschap in Vlaanderen in historisch perspectief (1964); M.de Vroede. België, Vlaanderen en Nederland (in: SH 1971); E.Warlop. The Flemish nobilitv before 1300 (2 dln. 1975 76); W.P.Blockmans. De volksvertegenwoordiging in Vlaanderen in de overgang van Middeleeuwen naar nieuwe tijden 1384—1506 (1978); N.Maddens. De beden in het graafschap Vlaanderen tijdens de regering van keizer Karel v (1978); Jean-Pierre Sosson.

Corporation et pauperisme aux XIVe et XVe sièeles. Le salariat du batiment en Flandre et en Brabant, et notamment à Bruges (in: TvG 1979): T.de Hemptinne, De gravinnen van Vlaanderen in de 12e eeuw (in: SH 1980; met litt.).