Geschiedenis Lexicon

H.W.J. Volmuller (1981)

Gepubliceerd op 03-08-2020

Vlaamse Beweging

betekenis & definitie

politiek-culturele beweging in Vlaanderen, ontstaan in de 2e helft van de 19e eeuw ter bevordering van meer waardering voor de Vlaamse volksaard, en om verzet te bieden tegen de overwoekering van het Frans. Reeds onder invloed van de Verlichting was een poging tot herstel van de moedertaal ontstaan (→ Verlooy), maar die werd door de Franse inlijving gesmoord.

De Franse bezetting verfranste het hele politieke, economische en openbare leven en riep in Vlaanderen een verfranste burgerij in het leven. Tijdens de Ned. regering (1815-30) werd wel een poging gedaan om het onderwijs te vervlaamsen, maar zij had weinig succes bij de verfranste bourgeoisie. Ondanks de afkondiging van de taalvrijheid in de Belg. grondwet van 1831, bleef het Frans de officiële taal van de staal en van het publieke leven in België. Een eerste stap der Vlaamse Beweging was het streven naar herstel van de volkstaal en daarom het tot stand brengen van een eenvormige Vlaamse spelling. In 1840 organiseerden enkele Vlaamsgezinden een volkspetitionnement voorzien van meer dan 100000 handtekeningen. waarin een aantal taaleisen werden geformuleerd, evenwel zonder enig succes. Sedert 1849 werden ook Ned.

Congressen ingericht, om de culturele eenheid tussen Noord en Zuid te bevorderen en het Algemeen Beschaafd Nederlands in te voeren. De protesten van Vlaamse auteurs bij het 25-jarig bestaan van België, lokten in 1856 de oprichting uit van een zgn. Commissie der Vlaamse Grieven, die een gematigd eisenprogramma voorlegde, dat in Vlaanderen wettelijke tweetaligheid eiste. De liberale regering Rogier verwierp echter 1859 deze eisen, wat de Vlamingen, vooral die van de te Antwerpen gestichte → Meetingpartij, tot grotere strijdlust aanzette. Een aantal ophefmakende rechtszaken, de Franse nederlaag tegen Duitsland (1870-71) en de kiesrechthervorming van 1871, waarbij de census aanzienlijk werd verlaagd, leidden tot de eerste taalwetten; op het strafgerecht (1873), op het bestuur (1878) en op het rijksmiddelbaar onderwijs (1883). Na de grondwetsherziening van 1893 werden, door de invoering van het algemeen meervoudig stemrecht, meer Vlaamsgezinde vertegenwoordigers naar het Parlement gezonden.

Op voorstel van de Vriendt-Coremans kwam, na lange parlementaire strijd, in 1898 de zgn. Gelijkheidswet tot stand, die de officiële gelijkwaardigheid van beide landstalen uitriep en waardoor de Vlaamse Beweging tot een volksbeweging uitgroeide. Na 1898 concentreerde de Vlaamse Beweging haar inspanningen op het afdwingen van een Hoger Ned. Onderwijs in Vlaanderen, waarvoor de eerste (1897) en de tweede (1907) Hogeschoolcommissies tot stand kwamen, onder voorzitterschap van Max Rooses. De actie naar buiten werd geleid door de zgn. drie Kraaiende Hanen: F.van Cauwelaert, K.Huysmans en L.Franck. In 1911 werd een wetsvoorstel door hen ingediend ter vernederlandsing van de Gentse rijksuniversiteit, doch het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog verhinderde de eindstemming hierover in het Parlement.

Dit verklaart de oprichting 1916 van een Vlaamse universitcit te Gent, door de Activisten (→ activisme), met de steun van de Duitse gouverneur-generaal Von Bissing. De misstanden op taalgebied in de frontstreek, waar 80 % van de frontsoldaten in het Frans werden gecommandeerd, leidde tot de → Frontbeweging, die de regering er toe aanzette beloften af te leggen inzake inwilliging van Vlaamse eisen. In de eerste na-oorlogse jaren heerste echter een activistenjacht, die de uitvoering van deze beloften vertraagde. In 1923 werd de Gentse universiteit gesplitst in een Franse en Vlaamse afdeling en 1930 werd haar geleidelijke en algehele vernederlandsing in uitvoering gebracht. In 1932 kwamen eindelijk de eerste wetten tot stand, die op taalgebied het territorialiteitsbeginsel huldigden, zowel in bestuurszaken als in het Lager en Middelbaar Onderwijs.De eentaligheid van het Gerecht in Vlaanderen kon pas door de wet van 1935 worden afgedwongen. Tijdens en na de Tweede Wereldoorlog kende de Vlaamse Beweging een inzinking en nam de Waalse Beweging de strijd voor federalisme op. Het niet toepassen van de taalwetten en de strijd rondom de taalgrens deden nochtans ca. 1947 de Vlaamse Beweging herleven, die naast de oude eisen, nu ook sociaal-economische doeleinden nastreeft: vervlaamsing van het bedrijfsleven, economische verheffing der Vlaamse provincies, oplossing van het vraagstuk Brussel. De afbakening van de taalgrens in 1963 bracht geen vrede op het taalfront in België, waar de steeds uitdijende Brusselse agglomeratie de Vlamingen tot waakzaamheid aanzet. → Taalkwestie; → Talentelling.

Litt. M.Basse. De Vlaamsche Beweging van 1905—30 (2 dln. 1930-33); M.Deneckere, Histoire de la langue française dans les Flandres 1770-1823 (1954); L.Wifs. De ontwikkeling van de gedachteninhoud der Vlaamse beweging tot 1914 (1955); L.Wils, Jan David en de Vlaamse beweging van zijn tijd (1957); A.W.Willemsen, Het Vlaams-Nationalisme 1914-1940 (1958); L.Picard, Gesch. van de Vlaamse en Groot-Nederlandse Beweging (2 dln. 1942; 1959); M.de Vroede, Bibliografische inleiding tot de studie van de Vlaamse Beweging 1830-1860 (1959); H.J.Elias, Gesch. van de Vlaamse gedachte 1780-1914 (4 dln. 1963-65); H.J.Elias, 25^jaar Vlaamse Beweging 1914-39 (4 dln. 1969); M.Lamberty. De Vlaamse opstanding (2 dln. 1971—73); J.Delou e.a. (red.). Encyclopedie van de Vlaamse Beweging (2 dln. 1973-75); J.Craeybeckx, Arbeidersbeweging en Vlaamsgezindheid voor de eerste wereldoorlog (in: Med.

Kon. Ak. Wet. België 1978); J.van Rijswijk e.a., Kopstukken van de Vlaamse beweging (1978); H.van Velthoven, De Vlaamse kwestie voor de eerste wereldoorlog (in; SH 1981; met litt.).

< >