Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 21-10-2021

Cuvier

betekenis & definitie

(George Leopold Chrétien Frédéric Dagobert, baron van), beroemd natuurk., bijgeu. Aristoteles der 19e eeuw, geb. 23 Aug. 1769 te Montbéliard uit protestantsche ouders, gest. in den nacht van 13 op 14 Mei 1831; sedert 1795 was hij leeraar aan de centrale school te Parijs, werd door Napoleon I met het bestuur van het openbaar onderwijs belast, door Lodewijk XVIII tot staatsraad in werkelijke dienst benoemd (1814) en in den adelstand verheven met den titel van baron; bodewijk Filips verhief C. tot pair van Frankrijk, en meende hem tot minister van binnenl. zaken te benoemen, doch werd door C.'s dood daarin verhinderd.

De voornaamste werken van C. zijn : Tableau élémentaire de l'histoire des animaux (Parjjs 1796); Leconsd'anatomie comparée (5 dln., Parijs 1801.—5) ; Recherches anatomiques sur les reptiles regardés comme douteux (Parijs 1807) ; Histoire des progrès des sciences naturelles (4 dln. Parijs 1826—28) ; Le règne animal (4 dln. Parijs 1817) ; Discours sur les révolutions de la surface du globe (5 deelen; 6e druk Parijs 1830) ; Histoire naturelle des poissons (2 dln. 1828 ; vervolgd door Valenciennes); enz.(Frédéric) broeder van den vorige, geb. 27 Junij 1773 te Montbéliard, gest. te Straatsburg 25 Julij 1838 als professor en conservator der kabinetten voor vergelijkende anatomie van den -Jardin des Plantes" te Parijs, is bekend door eene Histoire naturelle des Mammifères, die hij gezamentlijk met Geoffroy St.Hilaire uitgaf, en door eene verhandeling over de tanden der zoogdieren.

< >