Christelijke encyclopedie

F.W. Grosheide (1926)

Gepubliceerd op 29-12-2019

Dal

betekenis & definitie

is de naam van een gerekte insnijding van de oppervlakte der aarde. De dalen zijn in het algemeen daar, waar de rivieren vloeien, want vooral de rivieren hebben door uitholling de dalen doen ontstaan.

In verband daarmede komen de dalen voor, waar de bodem steenachtig is en het water niet opneemt, doch door den loop van het water wordt uitgeslepen. Men onderscheidt de dalen in lengte-dalen, die liggen in de richting van het gebergte en dwars-dalen, die loodrecht op de bergketen staan.

Een bergland als Palestina heeft vele dalen en in verband daarmede staat het, dat de Hebreeuwsche taal verschillende woorden heeft om dal aan te duiden. Onder die woorden is er één, dat bepaald het dal als beekdal noemt en ook voor beek zelf kan worden gebruikt.

Bekende dalen in Palestina en omgeving zijn: het dal of de laagte van Sinear (Gen. 11 : 2); het dal Schave of het dal des Konings (Gen. 14 : 17; 2 Sam, 18 : 18); het dal Achor (Joz. 7: 26; Hos. 2:14); het dal bij Ai (Joz. 8:11); het dal van Ajalon (Joz. 10 : 12); het dal van den Libanon (Joz. 11 : 17; 12 : 7); het dal der zonen van Hinnom, ten Zuiden van Jeruzalem, dat de Oostelijke voortzetting is van het dal, dat ten Westen van Jeruzalem loopt en dat zich later met het Kedrondal vereenigt (Jer. 18 : 16; 2 Kon. 23 : 10 enz.); het Eikendal (1 Sam. 17 : 12); het dal der Werkmeesters (1 Kon. 4 : 14; Neh. 11 :35); het dal van Beracha (2 Kron. 20 : 26); het dal van Gibeon (Jes. 38 : 21); het dal Dura (Dan. 3 :1) ; het dal van Sittim (Joel 3 :18). De dalen hebben in de geschiedenis van Israël meer dan eens een rol gespeeld.

In de dalen is gestreden (Gen. 14 : 17; 1 Sam. 15 : 5). Daar heeft Israël gerust (Deut. 3 : 29).

De dalen waren vruchtbaar, het koren groeide er, hun bezit werd op prijs gesteld (Deut. 8 : 7; 11 : 11 ; 1 Sam. 6 : 13; Job 21 : 33; Ps. 65 : 14; Jer. 49 : 4). Een enkele maal doen ze dienst bij de volbrenging van ceremoniën (Deut. 21 : 4 en 6).

En eindelijk worden ze door de dichters in hun beeldspraak gebruikt (Ps. 23 : 4; Hoogl. 2:1).