Bijbels Lexicon

Karina van Dalen-Oskam & Marijke Mooijaart (2017)

Gepubliceerd op 11-05-2017

Eva

betekenis & definitie

Eva, de eerste vrouw; vrouw van Adam; stammoeder van het volk van Israël en van de mensheid; (fig., in verg.) oervrouw, prototype van de vrouw, genoemd als zondares en verleidster, als moeder van alle mensen, als vrouwelijke helft van het eerste mensenpaar, als naakte vrouw.

In evakostuum, naakt.

Na de schepping verblijven de twee eerste mensen in de Tuin van Eden. De duivelse slang verleidt Eva echter om ondanks het verbod van God van de verboden vrucht te eten en zij, op haar beurt, haalt Adam over (zie ook Zondeval). Pas als het strafgericht over het eerste mensenpaar is uitgesproken wordt de naam van Eva genoemd: ‘De mens noemde zijn vrouw Eva; zij is de moeder van alle levenden geworden’ (Genesis 3:20, NBV). In scherp contrast met de weinig frequente vermeldingen van de naam Eva in de bijbel zelf (Statenvertaling (1637) tweemaal, NBG-vertaling viermaal en NBV vijfmaal) staat de veelvuldigheid van de verwijzingen in de omgangstaal.

Bijbelcitaat:Rijmbijbel (1271), v. 634-639. Eua waert verhouaert / want soe gode waende gheliken / soe sach den scoenen boem den riken / Ende die vrucht scoene ende sochte / soe at dat soe sider becochte / Ende boet adame haren man. (Eva was hoogmoedig, want ze dacht gelijk te zijn aan God. Ze zag de mooie, welvoorziene boom en de fraaie, rijpe vrucht. Ze at ervan, wat ze later moest bekopen, en bood haar Adam, haar man aan.)

Bijbelcitaat: Statenvertaling (1637), Genesis 4:1. Ende Adam bekende Heva sijne huysvrouwe: ende sy wert swanger, ende baerde Kain, ende seyde; Ick hebbe eenen man vanden HEERE vercregen.

Gebruiksvoorbeeld: Naar Eva’s beeld. De geschiedenis van de vrouw in de Europese cultuur. (Titel van een boek van F. Dieteren, E. Kloek en A. Visser uit 1987)

Gebruiksvoorbeeld: Toen ze in 1973 haar rechtenstudie had voltooid, werkte Gabi van Driem eerst bij het Jongeren Advies Centrum in Amsterdam en vervolgens bij ‘Eva bijt door’, waar ze vormingswerksters in de vrouwenbeweging begeleidde. (NRC, juni 1994)

Gebruiksvoorbeeld: Het was een prachtig oord, dit paradijs. Helaas, Alide was daarin een ware Eva. (A. Blaman, Eenzaam avontuur, 1995 (1948), p. 139)

Gebruiksvoorbeeld: Die onschuld zou weldra wijken voor fatale vrouwen, zoals Judith en Salomé of Eva, ronduit De Zonde, een contemporaine obsessie. Overigens schilderde von Stuck ook vrolijk doeken met mannen die vechten om een vrouw. (De Standaard, nov. 1995)

Gebruiksvoorbeeld: Mijn weigering berustte gewoon op de reflex van een zoon wiens vader niet eens wist wat een smoking was. Ook Mimma’s ouders waren bescheiden mensen, maar ik ben bereid rekening te houden met de gedachte dat voor de dochteren Eva’s dergelijke zaken anders liggen. (H. Lampo, De man die van nergens kwam, 1991, p. 324)

Gebruiksvoorbeeld: Toen hij zijn ogen opende stond Sara over hem heen. Ze was naakt als Eva. (M. Möring, In Babylon, 1997, p. 427)

Gebruiksvoorbeeld: Hij stuit echter keer op keer op onwilligheid en onbegrip: de steractrice (Carla Hardy) weigert in Evakostuum op te treden, de bemoeizuchtige decorontwerpster (Marieke van Leeuwen) heeft zo haar eigen opvattingen over de voorstelling. (NRC, apr. 1995)