hebben
...
Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press
Wiktionary (2019)
hebben - Werkwoord 1. (auxl) gebruikt voor de vorming van de voltooide tijden 2. absoluut (rechtmatig of wederrechtelijk) bezitten ♢ Ik heb een mooi huis. 3. absoluut als onderdeel hebben, omvatten, bevatten ♢ Een auto heeft vier wielen. 4. absoluu...
Muiswerk Educatief (2017)
hebben - onregelmatig werkwoord uitspraak: heb-ben 1. dat het van iemand is ♢ wij hebben een rode auto 1. je hele hebben en houden [al je spullen] 2. hulpwerkwo...
Marc de Coster (1998)
het niet meer - verschrikkelijk hard moeten lachen; zich dood schamen; het erg benauwd krijgen. Jeugdtaal jaren tachtig.
Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)
Onder dit trefwoord noteert het wnt als verwensing ramp hebbe zijn kiezen! ‘moge hij kiespijn hebben’. Aan de letterlijke betekenis denkt men niet meer als men deze verwensing gebruikt. De emotionele staat voorop en die wijst op verontwaardiging, onmacht, machteloosheid, woede enz. en kan weergegeven worden met ‘laat-ie opr...
Fa. A.J. Osinga (1952)
v., hawwe, habbe, h i e, h a w n; iets — van, lykje op, skimerje nei; het heeft er wel wat van, it hat der wol in aertsje fan; het over iem. —, immen by de kop hawwe; ergens niet meer van —, earne troch(hinne), út wêze.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: