Wat is de betekenis van Broek?

2024-04-26
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

broek

Het begrip broek heeft 2 verschillende betekenissen: 1) kledingstuk voor het onderlichaam. kledingstuk dat het onderlichaam bedekt en met een rits en knoop of een reeks knopen om het middel sluit en dat uitloopt in twee pijpen. 2) stuk moerassig land. stuk moerassig land; stuk laaggelegen land dat soms onder water komt te staan.

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

broek

broek - Zelfstandignaamwoord 1. (kleding) een kledingstuk met twee afzonderlijke pijpen voor beide benen Ook bij de elegante, wijde pantalons met korte jasjes die de afgelopen week voortdurend voorbij kwamen op de catwalks in Milaan en Parijs – het moet raar lopen, wil de broek met rechte, wijde pijp...

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

broek

broek - zelfstandig naamwoord 1. kledingstuk met twee pijpen dat om je benen en je billen zit ♢ ze draagt een broek als het koud is 1. een pak voor zijn broek krijgen [klappen tegen zijn achterwerk] ...

2024-04-26
Jargon & Slang van Wielrenners

Marc De Coster (2017)

Broek

Broek - 'aan de (iemands) broek hangen': in iemands wiel zitten, niet lossen. Vgl. Fr. coller; Eng. to sit in. We kregen in de kopgroep een bord te zien: Anquetil op één minuut. Beneden zag je hem steeds lager bij de jongens aan de broek hangen. - Gijs Zandbergen, Alleen op kop (1980) 'Voor een broek en een trui (shirt) fietsen': tegen een zeer la...

2024-04-26
Wielersportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

broek

(de; -en) - bij het wielrennen gedragen, nauwsluitend bovenkledingstuk met twee pijpen ter bedekking van de (boven)benen en het onderlijf, van isolerend materiaal gemaakt, al dan niet voorzien van elastische zeem ter bescherming van het kruis en van geïntegreerde bretelbanden, syn. koers- broek, wielerbroek: de ‘snelle’ broek voor wielrenners is si...

2024-04-26
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

broek

- zijn broek ergens aan vegen/vagen, iets aan zijn laars lappen. - zijn broek scheuren aan iets, er bekaaid vanaf komen, schade lijden door een verkeerde inschatting. Heel wat verenigingen zouden hun broek scheuren aan de inrichting van een fuif. - BvL, 06-03-2002. - van hetzelfde laken een broek, van hetzelfde laken een pak....

2024-04-26
Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Broek

Gehucht ten Z.W. van Pieterburen in de gemeente De Marne, waar de brug Broekstertil over het Broekstermaar ligt. Lit.: T.G. Klunder, H. Dijkstra en A.L. Stiekema, Pieterburen, Broek, Wierhuizen. Kijken en lezen over toen (Oosterwolde 1987).

2024-04-26
Dromen encyclopedie

Fink (1998)

Broek

Wanneer men in de droom een broek aantrekt, dan wijst dit erop, dat men in de waaktoestand gauw beledigd is. Soms wijst dit droombeeld ook op overmatige machtswellust (men heeft tenslotte de broek aan). Degene die in de droom een broek uittrekt, geeft zich bloot; z’n aanzien zal schade lijden. Gebruikt men bretels, dan wil men in de waaktoest...

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Woordenboek van populaire uitdrukkingen

Marc de Coster (1998)

Broek

zie ook dun door de broek lopen; deeigen broek op kunnen houden; achter de gebreide broek kruipen; de grote broek aantrekken; de houten broek; mengele broek en (een)pintje billen. 1. - no bil,in Rotterdam een scheldwoord voor een mager iemand. 2. - uiten palen laaien,zie palen laaien. 3. daar zakt mijn - van af,dan ben ik sprakeloos, stomverbaasd,...