Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 17-11-2021

Ochroma

betekenis & definitie

balsa, is een klein gesl. van zeer snel groeiende bomen uit de fam. Bombacaceac, die in het laaglandregenbos van trop.

Am. vaak een éénvormige pioniersvegetatie vormen. Deze boomsoorten zijn van econ. betekenis om haar uitzonderlijk licht, spierwit hout, waarvan het s.g. (0,15) belangrijk lager is dan dat van kurk (0,23). Het wordt gebruikt voor isolatiedoeleinden, reddingsvlotten e.d. en in de speelgoedindustrie. In Indon. zijn ingevoerd O. grandiflora Rowlee, O.bicolor ROWLEE en O.lagopus SWARTZ, waarvan de eerste twee soorten voor de cultuur het meest in aanmerking komen, omdat ze de mooiste stamvorm en de snelste groei vertonen en dientengevolge ook het lichtste hout produceren. De balsa wordt in Indon. aangeplant op vruchtbare gronden in het laagland-regenbosklimaat met een 8-jarige omloop. De eindopstand bereikt in die tijd een gemiddelde dikte op borsthoogte van 40 cm en de gemiddelde totale massaproductie beloopt dan 78 m3 per ha/jaar. de aanplant moet tot het 3e jaar om de 6 maanden en daarna om het jaar sterk gedund worden. De aanplantingen lijden soms sterk van sterfte door Phytophthora-voetrot.