Het door elkaar planten van verschillende houtsoorten. Dit geschiedt, opdat de groeiplaats beter wordt benut (vlak- en diepwortelaars: licht- en schaduwsoorten), de bodem beter wordt beschermd of in stand gehouden (minder onkruidverwildering, betere strooiselvertering).
Gemengde opstanden zijn beter bestand tegen uitwendige gevaren (storm, sneeuw, insecten, schimmels en brand). Het bosbeeld is meestal fraaier. Het nadeel van menging, vooral bij menging van hoofdhoutsoorten, is een moeilijker verzorging (dunningen) van de bossen, moeilijker veiling, sortering, bedrijfsinrichting en boekhouding. I.h.a. verdient het aanbeveling hoofdhoutsoorten groepsgewijze te mengen en dan binnen de groepen individueel te mengen met verplegende soorten.
