Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Lam

betekenis & definitie

Jong schaap of jonge geit. De voeding van het jonge schapen-l. baart i.h.a. geen grote zorgen, daar het schaap gewoonlijk voldoende melk geeft om de lammeren groot te brengen.

Voor een voldoende melkgift is het noodzakelijk de schapen, wanneer zij hoogdrachtig zijn, bij te voederen. Naast hooi (ca 1 ½ kg) en wat bieten (1-2 kg) geeft men deze schapen dan 300 à 400 g rundvee- of schapenbrokjes of een mengsel bestaande uit gelijke delen haver, gerst en bonen. Na het lammeren geeft men de ooien met 1 lam ca ½ kg brokjes en die met twee lammeren ca 1 kg. Het verdient echter aanbeveling de 1l zelf te gaan bijvoederen in de z.g. lammeren-voederbak. Dit zijn bakken, waarvan de openingen zo klein zijn, dat de oude ooien niet bij het voeder kunnen komen. De l. kunnen het best na 2 à 3 maanden van de ooien worden weggenomen (gespeend). Voor de voeding van pot-l, z.a.Het gemiddeld aantal geboren l. bedraagt bij het Texelse schaap 1,88 per ooi en het aantal grootgebrachte 1,62. Bij de éénjarige ooien moet op niet meer dan één l. gerekend worden, bij de oudere ooien zijn tweelingen regel.