is een machine die wordt gebruikt bij het inkuilen volgens de methode HARDELAND.
Het gemaaide gras (lucerne, klaver, snijmais e.d.) wordt op de aanvoerband van de machine gebracht en komt vandaar in het waaierhuis, waarin het door snel-ronddraaiende messen in korte stukjes wordt gesneden. Deze messen zitten aan een waaier met schoepen, die het gesneden gras wegslingeren, terwijl ze bovendien een luchtstroom opwekken voor het verdere transport van het product, dat langs een gebogen goot in de silo terecht komt.
Voor of tijdens het hakselen moet het conserveringsmiddel worden toegevoegd, opdat een innige menging met het gras wordt verkregen. Voor een goed product is een homogeen mengsel nodig. Indien bieten worden gebruikt als conserveringsmiddel, staat er boven de transportband een moesmolen, die de bieten fijn maakt. De bietensnippers komen zodoende met het gras in het waaierhuis. Gebruikt men melasse in vloeibare vorm als conserveringsmiddel, dan wordt dit veelal in verdunde toestand op het gras gespoten, hetzij op de transportband vóór het hakselen, hetzij in het waaierhuis tijdens liet hakselen. Behalve machines die het in te kuilen gewas snijden, zoals de h., zijn er ook die het gewas kneuzen, waartoe het tussen kneusrollen wordt gevoerd.